BEST OF ALBUM 50: 30-26

We dwalen weer wat verder door de Schatkamer en bevinden ons in steeds beter gezelschap. Vandaag hebben we geen ruimteschepen of vliegtuigen nodig om te reizen, vandaag ligt alles binnen een straal van vier jaar, iets dat we gemakkelijk met de fiets kunnen afleggen. Het startschot klinkt in 1966, met een album waarvan Ray Davies de cover maar niks vond omdat die veel te veel flower power uitstraalde. Davies heeft inderdaad weinig affiniteit met de hippiebeweging, en observeert op Face to Face allerlei met zichzelf worstelende figuren uit Swinging London.

Aan de andere kant van de oceaan heeft Brian Wilson zijn antwoord op Rubber Soul af: na gestopt te zijn met optreden en zich ruim een jaar te hebben opgesloten in de studio neemt hij met zijn Beach Boys Pet Sounds op, en maakt hij van rock iets om naar te luisteren in plaats van iets om op te dansen. Wilson was klaar om de wereld te veroveren, maar was niet opgewassen tegen de hippiebeweging, die The Beach Boys oubollig en veel te braaf vond.

Wie hippiebeweging zegt, zegt natuurlijk David Crosby. De straatwaarde van bepaalde hallucinogenen zou volgens de overlevering lange tijd door Crosby’s afname bepaald zijn, één van de factoren die hem op een gegeven moment onmogelijk maakte binnen The Byrds. Op de cover mag hij dan reeds vervangen zijn door een paard, zijn experimentele impulsen op ‘Tribal Gathering’ en ‘Draft Morning’ blijven de peper en zout op deze prachtplaat. Een kleine stap van Crosby naar LSD guru Timothy Leary, die door The Moody Blues bezongen wordt op ‘Legend of a Mind’, het sleutelnummer op In Search of the Lost Chord, een conceptalbum over zoeken en ontdekken, en alleen daarom alleen al een mooi startpunt voor eenieder die de rockcanon verder wil verkennen.

Eindigen doen we opnieuw met de klusjesman van de Schatkamer, David Crosby. De persoonlijke chemie met zijn drie zangbroeders was in 1970 al uitgewerkt, maar de muzikale chemie allerminst. In zowat elke discussie lag de kans op de loer dat ze met elkaar op de vuist gingen, maar als ze samen zongen hielden zelfs in de hemel de engelen even hun mond.