’12 | ’13 | ’14 | ’15 | ’16 | ’17 | ’18 | ’19 |
8 | 9 | 18 | 15 | 5 | 3 | 4 | 12 |
Er was eens een kleine panda die veel rondreisde, als zoon van een chirurg. Door genoeg bamboe te eten en genoeg aan sport te doen, werd de kleine panda groot en langzaam ging hij zijn eigen weg, samen met andere dierenvriendjes. Na een tijdje ontmoet hij onderweg een vrouwtjespanda in Portugal, en hij besluit om daar te gaan wonen, samen met zijn nieuwe liefde. De panda is een wat sloom en langzaam bewegend figuur, en de Zuid-Europese levensstijl bevalt hem wel. Tijdens hun geborgen bestaan in de buurt van Lissabon krijgen ze een babypanda, en de kersverse papa wordt vervolgens een echte verzamelaar. Alle geluiden die hij ergens tegenkomt, slaat hij op. Hij vervormt ze, speelt ze achterstevoren, voegt er effecten aan toe, knipt ze in stukken, lijmt ze in een andere volgorde weer aan elkaar, en op een gegeven moment ontdekt hij dat hij prachtige melodieën aan het creëren is. Hij begon te hummen op zijn melodieën, het hummen werd neuriën, en het neuriën werd zingen. Eén stem, twee stemmen, drie stemmen,… de panda had in zijn eentje een hele band gecreëerd! Het werd warmer, de dieren kwamen terug buiten en op 20 maart besloot de panda zijn muziek ten gehore te brengen. Er werd gefeest, gedronken, en gedanst en de dieren waren er écht van overtuigd dat ze nog lang en gelukkig zouden leven.